Johannes Vermeer of van der Meer — de „Delftse Vermeer” — is een der meest bewonderde meesters van onze 17deeeuwse schilderschool. Hij werd in 1632 te Delft geboren en overleed aldaar in 1675.
In 1653 trad hij toe tot het St. Lucasgilde, waarvan hij later tweemaal deken geweest is.
Verder is van Vermeers persoonlijke leven weinig bekend. Hij moet met grote financiële bezwaren te kampen hebben gehad.
Als kunstenaar beheerste hij zijn vak. Al zijn schilderijen zijn gezien in een heldere, eenvoudige en ongekunstelde belichting en uitgevoerd in een eenvoudigen, soberen schildertrant.Zijn volle aandacht voor ieder onderdeel van de voorstelling, die de eenheid niet verbrak, is het geheim van de bekoring, die van Vermeers werk uitgaat.
De gehele productie van dezen jong gestorven meester omvat ongeveer 40 schilderijen, waarvan de allerbeste werken gelukkig voor ons land bewaard zijn gebleven.
De bekendste zijn: het Gezicht op Delft en ’t Meisjeskopje, in het Mauritshuis; het Melkmeisje, het lezend Vrouwtje en het Straatje in het Rijksmuseum.