is een populair Engels staatsman. Hij werd in 1863 te Manchester geboren en heette eigenlijk David George.
Hij was de zoon van een eenvoudigen schoolmeester uit Zuid Wales. Zijn moeder werd in Wales bij de opvoeding harer kinderen geholpen door haar broer Richard Lloyd; uit dankbaarheid nam David George er later den naam Lloyd bij aan.Na de lagere school te hebben doorlopen, wilde hij gaan studeren, maar... geld ontbrak. Na enige jaren van ijverige zelfstudie in Frans, Grieks, Latijn enz. vestigde hij zich in 1884 als zaakwaarnemer te Portmadoc en werd hij in 1890 voor de liberale partij in het Parlement gekozen. Al spoedig bleek hij een buitengewonen politieken aanleg te hebben. Hij was vrijmoedig, geestig en dapper: dit bleek in 1900, toen hij te Birmingham, het hartje van het kamp der anti-Boeren, een felle rede hield tegen den Boerenoorlog, waarbij zijn leven zelfs gevaar liep.
In 1903 was hij minister van handel, van 1908—1915 minister van financiën. Tijdens den oorlog heeft „de kleine tovenaar uit Wales” een buitengewoon belangrijke rol gespeeld. In 1915 werd hij aart het hoofd gesteld van het ministerie van Oorlog en in hetzelfde jaar, na het aftreden van Asquith, plaatste Lloyd George zich aan het hoofd van de nieuwgevormde nationale regering, waaruit hij een klein kabinet samenstelde, dat besliste in alle oorlogsaangelegenheden. Sindsdien stuurde Lloyd George consequent op de overwinning aan en met succes. Ook op de Vredesconferentie te Parijs in 1919 oefende hij groten invloed uit.
Later waren een aantal belangrijke fouten op ’t gebied der buitenlandse politiek oorzaak, dat hij moest aftreden.
Jarenlang heeft hij, eerst tegen Asquith, gestreden om de leiding der liberale partij, ten slotte is hij een eenling geworden, die telkens weer van zich doet spreken, laatstelijk met zijn geheimzinnig groot plan tot verbetering van den maatschappelijken toestand in Engeland.
