Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Improvisatie

betekenis & definitie

noemt men het voor de vuist spreken of dichten, in de muziek het spelen van alle muzikale gedachten, die den musicus zo onder ’t spelen invallen, maar dan natuurlijk zó, dat ’t een welluidend geheel wordt.

Door alle tijden heen heeft men veel belangstelling gehad voor dichterlijke improvisaties. Men vertelt o.a. van den Italiaansen dichter Petrarca — zie aldaar —, dat hij een uitstekend improvisator was. In de 15e eeuw hadden onder de Griekse geleerden, die uit Constantinopel naar Italië uitgeweken waren, feestmalen plaats, waarbij veel geïmproviseerd werd, evenals aan den dis van paus Leo X.
En — om nu wat nader bij huis te komen — de 19e eeuwse dichters Willem de Clercq en J. J. L. ten Kate waren zeer bekende improvisatoren. Een jaar of vijftien geleden hoorden we in Parijs den toenmaliger chansonnier — nu filmster —Maurice Chevalier alleraardigst improviseren op ieder woord, dat het publiek hem opgaf.
Op het toneel heeft de improvisatie vroeger een grote rol gespeeld, speciaal in Italië (zie onder: Goldoni). Bij de oude commedia del’ arte, die eigenlijk altijd denzelfden tekst had, kwam het publiek veelal om de toevoegingen, om de improvisaties. En ook van de oudere Nederlandse acteurs waren er velen, die hun kracht zochten in improviseren, ja veelal het improviseren niet laten konden en daarmee hun collega’s dikwijls in lastige parketten brachten. . Soms ook improviseerden zij, om zich uit een moeilijk parket te redden. Zo is er een bekend verhaal van een groot Amsterdams acteur, die op het moment, dat hij den „verrajer” met zijn zwaard moest doodsteken, bemerkte, dat hij zijn zwaard achter de schermen had laten staan en toen deze dichtregelen improviseerde:
„Ik heb mijn zwaard vergeten.
O welk een verzuim — Nu — sterf dan door mijn duim!” Is de gave der improvisatie, het vlot en boeiend voor de vuist weg spreken, iets moois, menigmaal is toch ook het gevaar er van gebleken, als in spannende ogenblikken de improvisator, staatsman of volksmenner, zich aan zijn eigen woorden bedwelmde, onvoldoende controleerde en dikwijls zeer ongewenste gevolgen opriep.

< >