Vreemde woorden in de wiskunde

Dr. E.J. Dijksterhuis (1939)

Gepubliceerd op 11-08-2020

Algebra

betekenis & definitie

De oorsprong van dit woord ligt in den titel van een werk van den Arabischen wiskundige Abû ‘Abd Allâh Muhammad b. Mûsâ al-Huwârizmi, vaak geschreven Alchwârasmâ of al-Khowarizmi (1e helft van de 9e eeuw; afkomstig uit Huwarizmi, thans Khiwa).

Die titel luidt: Kitab almuhtasar fi hisab al-gabr wa ‘l-muqabala. De hieraan ontleende woorden al-gabr wa ‘l-muqabala werden reeds in het Arabische systeem der wetenschappen gebruikt voor de in het werk behandelde leer der vergelijkingen. In de Middeleeuwen werden ze, gelatiniseerd tot algebra et almucabala, in dezelfde betekenis gebruikt. Op den duur sprak men alleen van algebra, welk woord in verband werd gebracht met den naam van den astronoom Geber (12e eeuw). Vandaar, dat Stifel (1486/87— 1567) in zijn Arithmetica Integra (1544) de algebra aanduidt als regiila Gebri.Al-gabr is de infinitief van een Arabisch werkwoord, dat herstellen beduidt. Men vertaalde het in de Middeleeuwen door restauratio en verklaarde dit als overbrengen van termen met het —teken naar het andere lid van de vergelijking. Al-muqabala beduidt „tegenoverstelling”. Het werd in de Middeleeuwen vertaald door Oftftositio en verklaard als weglaten van gelijke termen in de twee leden. Volgens S. Gandz (The origin of the term ,,Algebra”; Amer.

Math. Monthly 33 (1936), 437—440) beduiden beide woorden eigenlijk „ter vergelijking naast elkander stellen”, waaruit de betekenis: „leer der vergelijkingen” volgt.