Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Gepubliceerd op 19-12-2020

Lucius

betekenis & definitie

m

Afleiding van Lat. lux 'licht', lucere 'lichten’. Het was reeds een Romeinse voornaam, vermoedelijk een verkorting van prima luce natus 'de bij zonsopgang geborene’ (vgl. de naam van de godin Lucina ‘die aan het licht brengt’, de godin der geboorte). In de Bijbel komt de naam Lucius ook voor, namelijk in Hand. 13,1, als die van een der profeten in Antiochië, Lucius van Cyrene. In de brief aan de Romeinen (Rom. 16,21) spreekt Paulus van 'mijn stamgenoot Lucius’, waarschijnlijk dezelfde persoon. Naam van heiligen: 1) Lucius I, paus 253-’54, volgens een latere legende martelaar; kerk. feestdag: 4 maart. 2) Er is ook een legendarische Britse koning van deze naam (tweede eeuw). Hij zou de eerste bisschop van Chur in Oost-Zwitserland zijn geweest.

De Luzienstelg in Chur zou nog aan hem herinneren. Kerk. feestdag: 3 dec. Zie ook Lucia.