Gepubliceerd op 16-11-2020

Zandhoen

betekenis & definitie

Algemene N naam voor de familie der Pteroclididae, waarvan alleen het Steppehoen ← in N en België, en het Zwartbuikzandhoen eens in België zijn waargenomen. Zandhoenders zijn aan woestijnachtige (dus zandige) streken gebonden; de dichtstbijzijnde broedplaats voor Zandhoenders is het landschap Crau in Zuid-Frankrijk.

Zandhoenders lijken in sommige opzichten op Hoenders, maar zijn meer aan de Duiven verwant. De N naam wordt gevoerd door Schlegel 1858 (p.364) en Albarda 1897 (de familie der Zandhoenders). Het begrip 'zand' zat, meteen ander woord, in de naam "Tetrao arenarius" van Pallas (1775). De naam is bij het gewone (N) volk nauwelijks bekend; vermelding in vD 1904/1970 (in 1904 nog met de slechte omschrijving "zeepatrijs (glareola)") zal daarom op basis van de boekennaam zijn. Linnaeus 1758 gaf van zijn "Tetrao orientalis" zo'n summiere omschrijving dat Houttuyn 1763 dacht dat er de "Francolyn" mee bedoeld werd. Anderzijds had Houttuyn (p.412) wél van Brisson het Witbuikzandhoen ← opgepikt, zonder dat die naam echter viel.