Phylloscopus schwarzi (Radde: Sylvia) 1863. Synoniem: Herbivocula schwarzi.
H.t.l. nog zeldzamer dan de sterkgelijkende Bruine Boszanger. Wel verscheen de Raddes Boszanger enkele jaren eerder op de N avifaunistische lijst door de vangst van een exemplaar in oktober 1974. Bij die gelegenheid heeft de soort ook meteen in het N een naamsverandering ondergaan: N Schwarz' Boszanger [NAE 1958; Kist 1962] > Raddes Boszanger.E Radde’s Warbler (<Radde’s Bush-Warbler [NAE1958]).
Dr. Gustav Radde (1831-1903) was een duitse ornitholoog die in opdracht van de russische regering een onderzoeksreis naar Oost-Azië ondernam. Hij ontdekte de onderhavige soort in oktober 1856 oostelijk van het Baikalmeer en noemde deze naar de astronoom Ludwig Schwarz (1822-1894). Deze was, evenals Radde, in Danzig ( = Gdansk in Polen) geboren; onder zijn leiding stond de 4 jaar durende expeditie naar het zuiden van Oost-Siberië. Radde werkte bijna 40 jaar in de Kaukasus; hij was er de directeur van het Tiflis Museum. Hij schreef Reisen im Süden von Ost-Sibirien in den Jahren 1855-59 (1863), waarin de Raddes Boszanger beschreven is, en Ornis Caucasica (1884), waarin de Steenheggenmus Prunella ocularis (Radde: Accentor) 1884 beschreven staat; deze laatste draagt ook zijn naam in E Radde’s Accentor en F Accenteur de Radde [Voous 1975, Limosa 48(3/4): 171-173; M&M 1988].
D Bartlaubsanger ws. naar de 'baardharen' (beter: snavelborstels of snorharen), bij deze soort opvallender dan bij de Bruine Boszanger.