Gepubliceerd op 16-11-2020

Oastlyster Oastmantsje

betekenis & definitie

Ws. inmiddels verouderde friese namen voor de Zanglijster. De Vries 1911 (en 1928) vermeldt eerstgenoemde naam "by de Gaesterlanske lysterfangers ... omdet se meast mei Eastewyn fongen wirde."

De tweede naam komt in De Vries niet voor; wél noemt hij Noarmantsjes (letterlijk: 'noor(d)mannetjes'), ook weer bij de Gaasterlandse Lijstervangers, als naam voor de Koperwiek, "omdet se meast mei Noardewyn fongen wirde". De tweede naam wordt genoemd in ViF 1979 (p.1122). Alle genoemde namen staan ook in Zantema 1992 en B&TS 1995; in Visser 1993 staat bovendien nog Noardlyster als friese naam voor de Koperwiek. B&TS vermelden Noorman en Oostlijster als namen voor resp. Koperwiek en Zanglijster in de provincie Limburg. De Vries 1911 noemt noordfries Uastenwinj-fügel als naam voor de Roodborst op Sylt. Alle soorten komen op de (najaars)trek soms in flinke aantallen voor, inderdaad vooral bij oostenwind.