Gepubliceerd op 16-11-2020

Mastpiepertje

betekenis & definitie

Volksnaam voor het Goudhaantje, volgens Albarda 1897 bij de noordbrabantse plaats Oirschot. Deze soort komt, evenals de Zwarte Mees (vgl. sub Mastmees) vnl. in naaldbomen (waaronder de Den) voor (vgl.

Spellepieperke). Synoniem zijn Masttieterke en Mastentitje. Een overzichtskaartje geeft WBD 2001 (p.71); de naam wordt daar ook genoemd voor de Pimpelmees (p.102).