Postbode - speler die een tegenspeler uit hetzelfde dorp geld geeft, omkoopt. Vgl. huisvriend, knapenschenders, slachtoffer, uitgelopen dineetje, veilig.
Uitgerekend Gerets en Janssen, de postbode en de kleine omgekochte in het spel, hebben op de bewuste dag de shirtjes met elkaar geruild. - Sport 80 april 1984