Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 26-01-2019

Melk (ezelinnenmelk)

betekenis & definitie

Melk (ezelinnenmelk) - Er is een tijd geweest, waarin men de meening was toegedaan, dat de melk van eenhoevige dieren in samenstelling en eigenschappen, moedermelk zeer nabij zou komen. Dit is onjuist gebleken. Tot deze schijnbare overeenkomst gaf de overeenstemming van sommige bestanddeelen uit de melk aanleiding. Inderdaad, wanneer wij de constanten van moedermelk vergelijken met die van paardenmelk of melk van ezelinnen, dan stemmen deze meer overeen dan b.v. met rundermelk, schapenmelk of geitenmelk.

Iets anders is het echter, of wij op grond van vetgehalte, gehalte aan eiwitten, koolhydraten en voedingszouten mogen besluiten tot min of meerdere overeenstemming in eigenschappen. Dank zij de kennis van deze verschillende bestanddeelen en hun werking op het organisme, kunnen wij dit thans met zekerheid ontkennend beantwoorden. Het is een dwaling, om op grond van dergelijke vrij ruwe overeenstemming, die louter en alleen op chemische metingen berust, te besluiten tot meer of mindere overeenkomst in werking en vermogen om geassimileerd te worden. Wanneer wij de scheikundige analyse van moedermelk, ezelinnenmelk, paardenmelk en koemelk naast elkander zetten, dan blijkt inderdaad, dat men alleen hierop afgaande wel eenige overeenkomst zou kunnen veronderstellen, echter deze is schijnbaar zooals wij gezien hebben.

Hetgeen bij de eiwitten meegedeeld is, maakt het ons duidelijk, dat er ondanks de overeenstemming van het percentage toch enorm verschil kan zijn. Ieder individu heeft een eigen eiwit, menschelijk eiwit zal verschillen van dierlijk eiwit, hetzij van runderen, paarden ezelinnen of andere huisdieren. In de serologie ondervindt men herhaalde malen hinder van de gevoeligheid van menschen voor het eiwit uit paarden-serum. De eiwitten uit de melk van ezelinnen zullen zich natuurlijk als zijnde verwante dieren overeenkomstig gedragen. Ook de vetten uit moedermelk en uit melk van huisdieren verschillen in samenstelling.

Moedermelk bevat o.a. veel minder vluchtige vetzuren (capron-, capryl- en boterzuur), dan koemelk of paardenmelk. In melk van runderen en paarden kan ongeveer 14 maal zooveel esters van vluchtige vetzuren aangetoond worden dan in moedermelk. Wat de melksuiker betreft leert het onderzoek, dat er langs scheikundigen weg hierbij geen onderscheid kan gemaakt worden tusschen de koolhydraten uit de verschillende melksoorten. Het grootste verschil bestaat echter tusschen de fermenten, enzymen en hormonen van mensch en dier, die wel overeenkomstig, maar niet identiek zijn.

Ten slotte willen wij nog iets opmerken naar aanleiding van de melkdieren zelf. Men zal geen enkelen waarborg hebben, dat de ezelinnen waarvan de melk gedronken wordt gezond zijn. Zelfs moet men de opmerking maken, dat het met het ezelras in onze luchtstreek dikwijls treurig gesteld is. Ezels worden zeer slecht gevoed, zelden zien ze er welvarend uit en ziekte komt bij hen veel voor. De spreekwoordelijke karigheid van dit dier, zal de kwaliteit van de melk niet ten goede komen. De meeste ezelinnen staan opgestald en profiteeren zelden van de buitenlucht. Al deze ongunstige omstandigheden zullen zich weerspiegelen in de kwaliteit van de melk.

Er bestaat dus geen enkele gegronde reden om aan de melk van eenhoevigen dieren, bijzondere kwaliteiten toe te kennen. De ezelinnenmelk, die voor een halve eeuw een groote plaats vervulde bij de voeding van zuigelingen, komt hiervoor thans nauwelijks meer in aanmerking. In Zuid-Europa wordt ezelinnenmelk nog veel gebruikt.