Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 26-01-2019

Appelen (voedingswaarde en andere eigenschappen)

betekenis & definitie

Appelen (voedingswaarde en andere eigenschappen) - Appels hebben in vergelijking met de meeste andere vruchten een vrij groote voedingswaarde. In de literatuur vinden wij de volgende gemiddelde samenstelling opgegeven: water 83%, eiwit 1 %, suiker 9% en andere oplosbare koolhydraten (pectine) 6 %, ruwvezel (celwanden) 1 %, Zouten 0,3%. Toch behoeft de voedzaamheid niet als voornaamste eigenschap genoemd worden. Appelen oefenen op het geheele spijsverteringsproces een zeer gunstigen invloed uit.

Reeds het eten van een appel geldt als een zeer gezonde beweging. De afscheiding van speeksel wordt er krachtig door gestimuleerd en de eetlust daardoor opgewekt. Bekend is het feit, dat de Romeinen steeds hun maaltijd met het eten van een appel eindigden. Het appelsap bevat een overvloed van fermenten, die het verteren zeer bevorderen. Appels bevatten ook betrekkelijk veel voedingszouten, ze verminderen den zuurgraad van het bloed.

In gevallen van suikerziekte en jicht zijn speciaal appels een geschikte versnapering. Ook lijders aan niergruis en blaassteenen mogen appels eten. Appelmost en appelwijn zouden een oplossende werking hebben op gevormde concrementen. Moesappelen en appelen om te stoven, zijn zonder deze bewerking onverteerbaar. De voedende bestanddeelen komen door het kookprocédé in een vorm, waarin ze door de maag- en darmsappen in bewerking genomen kunnen worden.

Appelmost is een zeer gewilde drank, waaruit door gisting de appelwijn gemaakt kan worden. Het appelsap heeft de volgende gemiddelde samenstelling: Suiker 13%, vruchtenzuur (appelzuur en citroenzuur) 0,2 %, looistoffen 0,3 % en pectine 1 % Goed bereide appelmost, is niet alleen zeer verfrisschend, maar ook voor suikerzieken, jichtlijders en patiënten met nier- en blaaslijden een uitstekende drank, De diurese (afscheiding van urine) wordt er zeer gunstig door beïnvloed. Het heeft bovendien zwak laxeerende eigenschappen, dank zij het gehalte aan vruchtenzuren. De kwaliteit van appelmost wordt gewaarborgd door de eischen in het Jam- en Limonadebesluit genoemd.

Appelmost is het vloeibaar product verkregen uit appelen. Er mag hoogstens 20 % suiker aan toegevoegd zijn. Als conserveermiddel is alleen toegelaten 100 mg zwavelig zuur per kg most. Andere vruchtensappen, dan die op het etiket vermeld staan, mogen niet aanwezig zijn. Het soortelijk gewicht moet minstens 1,045 bedragen (waarborg dat het sap niet te zeer verdund zal worden).

Verder mag in appelmost koolzuur aanwezig zijn en het product mag bij de bereiding niet boven 45° verwarmd worden. Zie verder Vruchtensappen.

Deze eischen geven waarborg, dat men inderdaad most van appelen zal koopen en geen mengsel, dat gedeeltelijk uit kunstproducten zal zijn samengesteld. Het bereiden van appelmost brengt dikwijls bijzondere moeilijkheden met zich, omdat in appelen veel fermenten voorkomen, die het sap bruin kunnen kleuren, wat men o.a. reeds bemerken kan bij het aansnijden van een appel. De snijvlakte wordt in korten tijd bruin en wankleurig. In dit opzicht zijn appelen veel lastiger te verwerken dan andere vruchten, althans tot producten en conserven, die ongekleurd of lichtgekleurd moeten zijn, zooals bij appelmost het geval is.