Gepubliceerd op 14-03-2021

Villa

betekenis & definitie

bij de Romeinen een landgoed of landhuis, niet slechts in den zin van een zomerverblijf, maar veeleer zoo ingericht, dat het er in den zomer koel, in den winter warm was. In ’t begin waren deze landhuizen zeer eenvoudig en zonder sieraad, later, sedert men de grieksche en oostersche weelde had loeren kennen, werden zij steeds prachtiger en gemakkelijker ingericht.

Do villa rustica was zooveel als een hoeve; naast den ingang lag de woning van den opzichter (villicus). De schuur (villa fructuaria) was door de overige gebouwen ingesloten; in het midden daarvan was een groote regenbak voor het vee. Achteraf lagen afzonderlijk de bakkerij, de molen en de dorschvloer. Hiervan zijn onderscheiden de eigenlijke land- of lusthuizen, waar naast de nette en met vele gemakken ingerichte woning, tuinen of parken van vruchtboomen, wijnstokken, olijven, bloemen en andere gewassen waren aangelegd. In de nabijheid werden vischvijvors en jachtparken gevonden. De omstreken werden met veel kunst verfraaid en van binnen vond men badkamers, vertrekken voor spel en uitspanningen (sphaeristeria)',' ruime eetzalen, woonkamers met de heerlijkste uitzichten, studeervertrekken en vele .andere gemakken. Dergelijke verblijven noemt men ook tegenwoordig in het algemeen villa. In Spanje en Portugal is een villa een stad van den tweeden rang (vgl. Ciudad).