Gepubliceerd op 28-02-2021

Philemon

betekenis & definitie

1) Grieksch dichter van de jongere attische comedie, geb. omstreeks 362 v. Chr. te Syracuse of te Soli in Cilicië, overl. 262 te Athene.

Hij was buitengewoon geliefd en stierf terwijl hij op het tooneel bekranst werd. Van zijn 97 stukken zijn, behalve tal van fragmenten, er twee, De koopman en De schat, door de latijnsche bewerking van Plautus (Mercator en Trinumnms) bekend.2) Een man uit Colossae, aan wien de apostel Paulus den kleinen, zijn naam dragenden, brief schreef, waarin hij hem verzoekt den weggeloopen slaaf Onesimus weder aan te nemen. Waarschijnlijk hadden ten huize van P. de bijeenkomsten der christenen plaats; de overlevering maakt hem tot bisschop van Colossae; zijn feestdag is 22 November.

< >