oostenr. komiek en blijspeldichter, geb. 7 Dec. 1892 te Weenen, verliet zijn rechtsgeleerde studiën om zich aan het tooneel te wijden en betrad in 1822 voor het eerst de planken als Sarastro in de Tooverfluit, verbond zich later aan den Carlschouwburg te Weenen, en overl. 25 Mei 1862 te Graz. Als tooneelspeler en blijspeldichter was hij -gedurende 20 jaren de lieveling van bet Weenensche publiek.
Reeds zijn eerste werk Lumpaci-Vagabundits (1831), dat door vele anderen gevolgd werd, maakte grooten opgang. Slaagde hij gelukkig in het wedergeven van verschillende toestanden en menschelijke karakters, ook de satire wist hij meermalen met gelukkig gevolg aan te vrenden.