zevende gouv.-generaal van Nederl.-Indië, te Dordrecht geb. omstr. 1580, vertrok in 1621 naar Batavia, waar hij in 1622 tot voorzitter van de schepenen benoemd werd; na het overlijden van Jan Pietersz. Koen tot gouv.-generaal aangesteld, toen de hoofdstad van Nederl.-Indië door 120.000 Javanen belegerd werd.
S. sloot in 1630 verbintenissen met den koning van Tarnate, gaf in 1632 aan Hendrik Brouwer de regeering over, en was in Juli 1633 weer in Nederland.