het verschil tusschen de totaalwaarde van den in- en den uitvoer van een land. Men noemt haar gunstig, wanneer dit verschil positief is, d. w. z. wanneer het buitenland een saldo te betalen heeft, ongunstig, wanneer het negatief is, de invoer den uitvoer overtreft.
Deze uitdrukkingen hangen nog samen met de opvattingen van het z.g. mercantiele stelsel. Er bestaat tegenwoordig een internationale effectenhandel van grooten omvang, door welke de uit den warenhandel ontstaande balans zoowel verhoogd als verlaagd kan worden. Tevens trekken de kapitalisten van het eene land renten en dividenden uit andere landen, hetgeen eveneens van invloed is op de balans tusschen verschillende landen, zoodat juist de kapitaalkrachtigste landen dikwijls een ongunstige H. hebben. Zoo is b.v. de waren-H. van een zoo rijk land als Engeland regelmatig passief; de meerdere invoer is echter slechts de vorm, waarin de renten en de winst der door Engeland in zijnkoloniën en in het buitenland uitgezette kapitalen binnenkomen, zoodat toch geen baarsaldo door Engeland behoeft te worden betaald. Overigens moet de waren-handelsstatistiek ook uit andere oorzaken meestal een hooger totaal geven voor den invoer dan voor den uitvoer. De prijzen toch der ingevoerde waren zijn samengesteld uit de in het land van herkomst geldende prijzen, vermeerderd met de transporten handelskosten tot aan het importland, terwijl de waarde van den uitvoer eenvoudig door de binnenlandsche marktprijzen wordt bepaald; zoodoende is het mogelijk dat de statistieken van den algemeenen wereldhandel verschillende totalen geven voor den in- en den uitvoer. Landen met levendigen actieven handel en veel scheepvaart zullen voor het overige steeds een groot deel van het transport- en handelsbedrijf aan zich trekken en zoodoende winsten maken, die in de handelsstatistieken niet tot uitdrukking komen.. Derhalve is het verschil tusschen in- en uitvoer van een land zelden een wezenlijk verschil.