Wanneer men een autoverzekering heeft afgesloten, heeft men na een aanrijding het recht op een vervangende auto. De huur van deze vervangende auto behoeft men in veel gevallen niet zelf te betalen. De vervangende auto is meestal een auto die qua waarde ongeveer gelijkwaardig is als een eigen auto.
Na een botsing tussen auto’s is er vaak schade. Hiervoor is het soms noodzakelijk om een van de auto’s naar een garage te brengen voor schadeherstel. In de tussentijd moet men zich echter nog wel kunnen verplaatsen, bijvoorbeeld naar werk. In het geval men voor deze schade is verzekerd, krijgt men tijdens het schadeherstel van de auto een vervangende auto. Deze vervangende auto is vaak gehuurd, waardoor er bij het gebruik ervan kosten worden gemaakt. In sommige gevallen wordt de huur van de vervangende auto betaald door de verzekering van de tegenpartij, zolang de eigen auto wordt hersteld.
Hoewel men de huur van de vervangende auto soms dus niet zelf behoeft te betalen, zal men altijd een deel van de rekening moeten betalen. Naast de huur maakt men tijdens het rijden namelijk nog andere kosten, zoals aan brandstof, slijtage, onderhoud en olieverbruik. Om deze reden betaalt de verzekeraar meestal een percentage van de totale huur, men dient het overgebleven deel dan uit eigen portemonnee te betalen.
In het geval men zelf verantwoordelijk is voor de schade aan een auto, bijvoorbeeld wanneer men tegen een boom is gereden, kan men ook een vervangende auto krijgen van de verzekeraar. Hiervoor heeft men wel een beperkte of volledig casco verzekering nodig. De verzekeraar vergoedt de huur en andere kosten van de vervangende auto, zolang de eigen auto nog in de garage is voor schadeherstel.
