Werkwoorden vervoegen
verdiepen
Tegenwoordige tijd verdiepen
Ik verdiep
Jij verdiept
verdiep jij?
U verdiept
Hij/Zij/Het verdiept
Wij verdiepen
Jullie verdiepen
Zij verdiepen
Verleden tijd van verdiepen
Ik verdiepte
Jij/U verdiepte
Hij/Zij/Het verdiepte
Wij verdiepten
Jullie verdiepten
Zij verdiepten
Voltooid deelwoord van verdiepen
verdiept
Tegenwoordig deelwoord van verdiepen
verdiepend