Werkwoorden vervoegen
verdedigen
Tegenwoordige tijd verdedigen
Ik verdedig
Jij verdedigt
verdedig jij?
U verdedigt
Hij/Zij/Het verdedigt
Wij verdedigen
Jullie verdedigen
Zij verdedigen
Verleden tijd van verdedigen
Ik verdedigde
Jij/U verdedigde
Hij/Zij/Het verdedigde
Wij verdedigden
Jullie verdedigden
Zij verdedigden
Voltooid deelwoord van verdedigen
verdedigd
Tegenwoordig deelwoord van verdedigen
verdedigend