Werkwoorden vervoegen
smeden
Tegenwoordige tijd smeden
Ik smeed
Jij smeedt
smeed jij?
U smeedt
Hij/Zij/Het smeedt
Wij smeden
Jullie smeden
Zij smeden
Verleden tijd van smeden
Ik smeedde
Jij/U smeedde
Hij/Zij/Het smeedde
Wij smeedden
Jullie smeedden
Zij smeedden
Voltooid deelwoord van smeden
gesmeed
Tegenwoordig deelwoord van smeden
smedend