Werkwoorden vervoegen
schuilen
Tegenwoordige tijd schuilen
Ik schuil
Jij schuilt
schuil jij?
U schuilt
Hij/Zij/Het schuilt
Wij schuilen
Jullie schuilen
Zij schuilen
Verleden tijd van schuilen
Ik school
Jij/U school
Hij/Zij/Het school
Wij scholen
Jullie scholen
Zij scholen
Voltooid deelwoord van schuilen
gescholen
Tegenwoordig deelwoord van schuilen
schuilend