Werkwoorden vervoegen
honen
Tegenwoordige tijd honen
Ik hoon
Jij hoont
hoon jij?
U hoont
Hij/Zij/Het hoont
Wij honen
Jullie honen
Zij honen
Verleden tijd van honen
Ik hoonde
Jij/U hoonde
Hij/Zij/Het hoonde
Wij hoonden
Jullie hoonden
Zij hoonden
Voltooid deelwoord van honen
gehoond
Tegenwoordig deelwoord van honen
honend