Werkwoorden vervoegen
gehoorzamen
Tegenwoordige tijd gehoorzaam
Ik gehoorzaam
Jij gehoorzaamt
gehoorzaam
U gehoorzaamt
Hij/Zij/Het gehoorzaamt
Wij gehoorzamen
Jullie gehoorzamen
Zij gehoorzamen
Verleden tijd van gehoorzaam
Ik gehoorzaamde
Jij/U gehoorzaamde
Hij/Zij/Het gehoorzaamde
Wij gehoorzaamden
Jullie gehoorzaamden
Zij gehoorzaamden
Voltooid deelwoord van gehoorzaam
gehoorzaamd
Tegenwoordig deelwoord van gehoorzaam
gehoorzamend