Werkwoorden vervoegen
filteren
Tegenwoordige tijd filteren
Ik filter
Jij filtert
filter jij?
U filtert
Hij/Zij/Het filtert
Wij filteren
Jullie filteren
Zij filteren
Verleden tijd van filteren
Ik filterde
Jij/U filterde
Hij/Zij/Het filterde
Wij filterden
Jullie filterden
Zij filterden
Voltooid deelwoord van filteren
gefilterd
Tegenwoordig deelwoord van filteren
filterend