WEIGEREN - (weigerde, heeft geweigerd), niet toestaan, inwilligen; afwijzend beschikken (op), afslaan: iem. iets weigeren; een verzoek, hulp weigeren ; voedsel weigeren, niet willen eten ; weigeren te betalen;
— den eed weigeren, niet willen zweren ;
— niet afgaan, ketsen: het geweer weigert;
— (zeet.) dat schip weigert te wenden, wil niet oploeven. WEIGERING, v. (-en), het weigeren ; het geweigerde.