Het begrip vaag heeft 2 verschillende betekenissen:
1. vaag - VAAG - v. vettigheid van den grond, inz. door bemesting;
— (fig.) jeugdige kracht, bloei: hij stierf in de vaag des levens.
2. vaag - VAAG - bn. bw. (vager, -st), onbestemd, onzeker, onbepaald: een vaag antwoord; vaag iets aanduiden; vage uitdrukking, die niet scherp omlijnt. VAAGHEID, v. onzekerheid.