Het begrip ordinaris heeft 2 verschillende betekenissen:
1. ordinaris - ordinaris - m. (-sen), (R.-K.) de persoon die krachtens zijn ambt en aanstelling bepaalde kerkelijke functies verricht, inz. bisschoppen, vicarissen en andere administratoren,
2. ordinaris - ordinaris - v. (-sen), opentafel, gaarkeuken. ORDINARISHOUDER, m. (-s), iem. die een ordinaris exploiteert.