Gepubliceerd op 01-11-2018

Onafzetbaar

betekenis & definitie

bn. niet afgezet kunnende worden, t. w. uit een ambt, eene bediening enz.; voor zijn leven aangesteld, onder voorwaarde van niet te kunnen worden afgezet of ontslagen dan alleen door rechterlijke uitspraak, in de gevallen bij de wet bepaald : een rechter behoort onafzetbaar te zijn; zij worden voor hun leven benoemd en zijn onafzetbaar. ONAFZETBAARHEID, v.

< >