bn. van Nederland eigen aan, behoorende tot Nederland, daaruit afkomstig, daar inheemsch : de Nederlandsche taal; de Nederlandsche bank;
— de Nederlandsche Handelmaatschappij; de Nederlandsche wetten;
— NederlandschIndië, o. onze koloniën in Oost-Indië; evenzoo NederlandschIndisch, Nederlandsch OostIndië enz.;
—
—, o. de Nederlandsche taal.