Gepubliceerd op 27-09-2018

Naderen

betekenis & definitie

Naderen (naderde, is genaderd), dichterbij komen: de trein nadert; hij voelde zijn einde naderen; zijn doel naderen;

— hebt ge al genaderd (tot de tafel des Heeren, de nachtmaalstafel)?
— hij nadert de vijftig al, is al bijna 50 jaar. NADERING, v. (-en), het naderen.