KERKAMBT, o. (-en), kerkelijke betrekking;
...BALJUW, m. (-en), (Zuidn.) kerkeknecht in livrei met hellebaard of staf, die de orde bewaart, den priester naar den kansel geleidt enz.;
...BAN, m. (R.-K.) banvloek of excommunicatie;
...BANIER, v. (-en), kerkvaan; (fig.) verdediger der kerk, strijder voor hare eer;
...BANK, v. (-en);
...BEELD, o. (-en);
...BESLUIT, o. (-en), pauselijk besluit; besluit eener kerkvergadering;
...BESTUUR, o. (...sturen), bestuur eener kerk en harer bezittingen;
...BEWAARDER, m. (-s), koster;
...BIJBEL, m. (-s), bijbel waarmede men ter kerk gaat, die men in de kerk gebruikt (in tegenst. met huisbijbel),
...BODE, m. (-s), blaadje waarin de predikbeurten vermeld worden:
...BOEK, o. (-en), boek, waarmee men ter kerk gaat: bijbel, gezang- of psalmboek; gebedenboek.