HETWELK, betr. vnw. (o. van dewelke), wat, hetgeen, dat: zijne meening werd door niemand gedeeld, hetwelk hem zeer ontstemde; het evangelie hetwelk van mij verkondigd is.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.