HERKENNEN, (herkende, heeft herkend), iem. (of iets) weder kennen of zich herinneren, als men hem (of het) terugziet of hoort: ik had hem in jaren niet gezien, maar ik herkende hem dadelijk; hij was niet te herkennen, onkenbaar;
— herkent ge dit schrift?; ik herken zijne stem, weten van wien dit, die is.