HEERSCHAPPIJ, v. macht, regering: zich van de heerschappij meester maken; eene onbeperkte heerschappij, hij voert heerschappij over vele volkeren; hij heeft, voert geen heerschappij over zijne hartstochten;
—VOERDER, m. (-s), heerscher.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: