HARINGBAND, m. (kuip.) zeker soort van band om vaten te binden, hoepels van omtrent 5 voet lengte;
...BED, o. (-den), drijvende kuit, die dikwijls groote vlakten langs de oevers der zee bedekt en zich reeds van ver als eene witachtige massa doet kennen;
...BLIK, m. de blikkering aan de oppervlakte der zee gezien, bij het naderen van eene school haringen;
...BUIS, v. (...buizen), schip, ter haringvangst uitgerust:
...DROGER, m. (-s) haringrooker;
...DROGERIJ, v. (-en), haringrookerij;
...FUST, o. (-en), haringtonnetje;
...JAGER, m. (-s), snelvarende kleine schuit die de eerst gevangen haring naar het vaderland brengt.
