Gepubliceerd op 31-08-2018

AMBTENAAR

betekenis & definitie

m. (-s of -en), persoon, door het openbaar gezag met een ambt bekleed: de staat zorgt voor zijne ambtenaren;

burgerlijk ambtenaar, niet tot het leger behoorend;
rechterlijk ambtenaar, algemeene benaming van de leden der rechterlijke macht;
— ambtenaar van het Openbaar Ministerie, ambtenaar, in het bijzonder belast met de handhaving der wetten, de vervolging van alle strafbare feiten en het doen uitvoeren van alle strafvonnissen;
— ambtenaar van den burgerlijken stand, belast met het houden der registers daarvan;
— ambtenaar bij een departement van algemeen bestuur, ambtenaar bij een ministerie;
— rekenplichtig ambtenaar, belast met geldelijk beheer van staat, gewest enz.;
— (gemeenz.) de ambtenaren, de kommiezen bij de belastingen.
AMBTENAARSLEVEN, o.;
...LOOPBAAN, v.;
...STAND, m.;
...TRAKTEMENT, o. (-en);
...WEDUWE, v. (-n);
...WERELD, v.;
...WONING, v. (-en).