Gepubliceerd op 24-02-2020

Algemeen

betekenis & definitie

Het begrip algemeen heeft 3 verschillende betekenissen:

1. algemeen - Algemeen bn. alle personen betreffende, aan allen gemeen, waaraan allen deel hebben; eene algemeene vergiffenis; het algemeen belang; het algemeene welzijn;
— een algemeene opstand, een opstand der geheele bevolking;
— algemeen stemrecht, het recht van alle staatsburgers om mede te stemmen bij de verkiezing van leden der vertegenwoordiging; algemeen kies- en stemrecht;
— algemeene geschiedenis, geschiedenis van alle volken der aarde;
— algemeene vergadering (van een genootschap), (jaarlijksche) vergadering waarbij de afdeelingen vertegenwoordigd worden;
— de algemeene overtuiging, (meening, gevoelen);
— eene algemeene stilte, van alle aanwezigen;
— met algemeene stemmen, van alle stemmenden;
— een algemeen gesprek, waaraan alle aanwezigen deelnemen;
— de speelwoede is, wordt algemeen, is, wordt aan de r eesten eigen;
— de teleurstelling, de vreugde was algemeen, door allen gevoeld;
— voor alle bijzondere gevallen geldig, dienstig; een algemeene regel; eene algemeene wet; een algemeen geneesmiddel;
— het geheel betreffend, niet in bijzonderheden afdalend de algemeene beschouwingen voor eene wet gaan aan de artikelsgewijze behandeling vooraf;
— onbepaald, vaag ; iem. met algemeene beloften afschepen;
— de zonde is de algemeene vijandin, staat vijandig tegenover allen;
— algemeen erfgenaam, universeel;
— algemeene armen, die door ’t burgerlijk armbestuur verzorgd moeten worden;
— departement van algemeen bestuur, van het bestuur van den staat in tegenstelling van dat der gewesten en gemeenten;
— algemeen landvoogd, Algemeene Staten, met ‘t bestuur van ’t geheele land belast.

2. algemeen - Algemeen bw. (van omstandigheid): men vlagde algemeen, ieder vlagde;
— het is algemeen bekend, bij ieder;
— deze regel is algemeen geldig, voor alle bijzondere gevallen;
— bw. (van wijze): gij drukt u te algemeen uit, niet bepaald genoeg, niet genoeg in bijzonderheden.

3. algemeen - Algemeen o. in ’t algemeen hebt ge gelijk, als op de bijzondere gevallen niet gelet wordt;
— over ’t algemeen leveren de zandgronden niet veel op, doorgaans, meestentijds;
— hij strijdt voor ’t heil van ’t algemeen, van al de menschen, ’t geheele volk;
— de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.