aanvankelijk

betekenis & definitie

Aanvankelijk - bn. en bw., waarmee begonnen wordt, eerste: aanvankelijk onderwijs, de eerste trap van het lager onderwijs; (nat., werktuigk.) aanvankelijke snelheid, de snelheid van een lichaam bij het begin der beweging; (krijgsw.) aanvankelijke snelheid, de afstand dien een projectiel in ééne seconde zou afleggen, indien het gedurende dien tijd gelijkmatig kon voortgaan met de snelheid, verkregen op het oogenblik van het verlaten der monding; (bw.) voor zooveel den aanvang betreft; in het begin.