Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Votum

betekenis & definitie

(Lat.) o., (vota; -s),

1. gelofte;
2. (Prot.) wijdingsformule bij het begin v.e. godsdienstoefening;—
3.uitspraak, stem : votum consultativum, raadgevende stem ;

een votum van vertrouwen, van wantrouwen, door een vergadering, inz. door een volksvertegenwoordiging, uitgebrachte stem waarin het vertrouwen, resp. wantrouwen in het beleid van een persoon, inz. een minister, tot uitdrukking komt.