Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Voorrang

betekenis & definitie

m., rang boven anderen, hoogste rang: om de voorrang twisten ; — de voorrang hebben, voorgaan, eerder in aanmerking komen ; — (in het verkeer) voorrang hebben, het eerst mogen passeren ; — (bij het octrooiwezen) recht van voorrang, recht, ontleend aan aanvrage van octrooi, van inschrijving van een merk enz. in het buitenland, waardoor een aanvrager in Nederland zekere voorrechten geniet, alsof hij tegelijk met de buitenlandse zelf de aanvraag om octrooi had ingediend.