Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Verzoening

betekenis & definitie

v. (-en), het verzoenen of zich verzoenen, of het verzoend-worden : een verzoening tot stand brengen ; tot verzoening komen ; — het zoenen of goedmaken : op dien dag zal hij voor u verzoening doen om u te reinigen (Levit. 16 : 30); Hij is een verzoening voor onze zonden (1 Joh. 2:2).