I. ww. (vergat, heeft en is vergeten),
uit de herinnering, het geheugen verliezen, niet meer kennen of weten: een les, een woord, iem. vergeten; ik ben mijn Grieks vergeten ; dat is iets om nooit te vergeten ;
niet vergeten, gedachtig blijven aan : uw hulpvaardigheid in de nood zal ik niet vergeten ; — alles is vergeten en vergeven, er wordt niet meer aan gedacht en het wordt niet gestraft; — 2. verzuimen te doen, te noemen enz. : vergeet niet bij de slager aan te gaan ; ik heb vergeten geld mee te nemen; — overslaan, bij verzuim weglaten: een woord, een letter vergeten; je hebt mevrouw B. vergeten, bij het ronddienen niet bediend; ... niet te vergeten , ook te noemen, indachtig te zijn ; — ik vergat (liet na) u te zeggen, dat... ;
3. opzettelijk niet denken aan : zijn eigen belangen vergeten om anderen te helpen;
4. verzuimen mede te nemen, laten liggen : ik heb mijn boek vergeten’, hebt u niets vergeten ? ; — je hebt hier 'niets vergeten, je hebt hier niets te maken ;
5. zich vergeten buiten zichzelven raken, zich door hartstocht laten meeslepen: hij vergat zich zo zeer, dat hij mij een slag toebracht; zich met iem. vergeten;
II.bn., waaraan geen aandacht geschonken wordt, onopgemerkt: als een vergeten burger leven; een vergeten hoekje.