Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Verbazend

betekenis & definitie

I. bn. bw. (-er, -st),

1. wat doet verbazen, verwonderlijk: verbazend veel eten, drinken ; een verbazend groot huis; hij is verbazend rijk;
2. zeer groot of sterk: een verbazend geheugen; een verbazende drukte;

II. tw., uitroep van verbazing: wel verbazend, wat een grote vis!