bn. (-er, -st),
1. te verantwoorden : dat is niet verantwoordelijk [gewoonlijk bezigt men onverantwoordelijk of dat is niet te verantwoorden];
2. zich moetende verantwoorden, aansprakelijk : ieder mens is verantwoordelijk voor zijn daden; iem. voor iets verantwoordelijk stellen; aan iem. verantwoordelijk zijn, verplicht zijn hem rekenschap te geven ; een verantwoordelijk ambtenaar, ministerie, die (dat) voor zijn daden tot verantwoording kan geroepen worden, rekenschap moet afleggen;
3. een verantwoordelijke betrekking, positie e.d., die een grote verantwoording (kunnen) meebrengen, waarbij grote belangen op het spel staan.