V — 1. volt (eenheid van electrisch spanningsverschil);
— 2. (scheik.) vanadium.
v — (Lat.) velo'citas, snelheid (in natuurkundige formules).
v. — 1. van;
— 2. vers, versregel;
— 3. voor;
— 4. vrouwelijk;
— 5. (Lat.) vale, wees gezond, gegroet;
— 6. (Lat.) verte, wend om;
— 7. (It.) volti, wend om;
— 8. (Lat.) vide, zie ;
— 9. (Lat.) versus, tegen ;
— 10. (Fr.) votre, de uwe.
V A — Volt-Ampè're. V. A. — (Fr.) Votre Altes'se, Uwe Hoogheid.
v.a. — volgens anderen. vac. — vacatu're. val. — valu'ta. V. A. R. — Votre Altes'se Roya'le, Uwe Koninklijke Hoogheid.
V. A. R. A. — Vereniging van Arbeiders-Radio-Amateurs. v. b. — 1. van bureau;
— 2. van boven.
V C — Volt-coulomb (eenheid van electriciteit).
v. C. — voor Christus [’geboorte] (bij jaartallen). v. c. — 1. (Lat.) verbi causa, bijvoorbeeld;
— 2. (Lat.) vi coac'tus, door geweld gedwongen;
— 3. (It.) vostro conto, uw rekening.
v. Chr. — voor Christus [’geboorte] (bij jaartallen). V. D. — 1. (Lat.) volen’te Deo, zo God wil;
— 2. Vrijzinnig Democraat,
v. d. e. n. — voor dag en nacht (in advertenties).
v. d. j. — van dit jaar. V. D. M., — (Lat.) Verbi Divinii Minister, bedienaar van het goddelijk ook v. d. m. woord, predikant.
v. d. s. — van de schrijver, vdt. — (Lat.) vide'licet, te weten.
verb. — 1. verbinding;
— 2. (Lat.) verbum, woord, werkwoord.
verg. — vergelijk. versch. — 1. verschenen;
— 2. verschillende.
Ver. St. — Verenigde Staten {van N.Amerika), vert. — 1. vertaal, vertaler, vertaling ;
— 2. (Lat.) verta'tur, verte, men kere [het blad om].
verz. verz. — verzocht en verzekerd (in advertenties). vet. Test. — (Lat.) vetus Testamen'tum, Oud Testament.
V. G. — Vica'ris Generaal'. v. g. — (Lat.) verbi gratia, bijvoorbeeld.
v. g. g. v. — (in advertenties) van goede getuigen voorzien. vgl. — (men) vergelijk(e). v. gr. — (Lat.) verbi gratia, bijvoorbeeld.
v. h. — 1. van het;
— 2. va)i huis (boven of onder brieven);
— 3. voorheen;
— 4. voor het.
v. h. t. h. — van huis tot huis. v. i. — voorwaardelijke invrijheidsstelling. vid. — (Lat.) vide, videa'tur, — men zie.
v. j. — vorig jaar. v. k. — 1. van kantoor;
— 2. (kooph.) verkopers keus;
— 3. (beurst.) vorige koers,
v. k. a. — voor kennisgeving aangenomen. Vl. — Vlaams. v. I. b. — vrij langs boord (eng. free alongside ship). vlg. — 1. volgende;
— 2. volgens.
v. I. n. r. — van links naar rechts (b.v. onder dagbladfotografieën).
V. M. — Volle Maan v. m. — 1. vierkante meter;
— 2. voormiddag.
V. N. — Verenigde Naties. vnl. — voornamelijk. V. N. V. — Vlaams Nationaal Verbond. vand. V.N.V.-er, lid of aanhanger van die beweging. vnw. — voornaamwoord. v. o.
— van onderen. voc. — (Lat.) voce, op het (genoemde) woord of artikel.
voegw. — voegwoord. vol. — 1. (Lat.) volu'men, deel van een boekwerk;
— 2. volu'me, inhoud van lichamen.
volg. — volgende. voorl. gen. — voorlopig genoteerd. voorm. — 1. voormalig;
— 2. voormiddag.
voorn. — 1. voornaamste ;
— 2. voornoemd.
voorv. — voorvoegsel. voorw. — 1. voorwaardelijk(e);
— 2. voorwerp (taalkundig).
voorz. — 1. voorzetsel;
— 2. voorzitter.
V. O. S. — Vlaamse Oud-Strijdersbond. V. O. V.
— Vrijwillige Ouderdomsverzekering. V.P. — Vice-President. v. p. —(It.) volti preste, sla spoedig [het muziekblad] om.
V. P. R. O. — Vrijzinnig Protestantse Radio Omroep. vr. — vrouwelijk. v. r. n. I. — van rechts naar links (onder dagbladfotografieën).
v. s. —(It.) volti subito, sla spoedig [het muziekblad] om.
V. S. — Verenigde Staten. vs. — vers. v. sl. — vorig slot (beursterm).
V. T. — (Lat.) Vetus Testamen'tum, Oud Testament.
vt. — (Lat.) vidit, hij heeft het (door)gezien.
V. T. B. — Vlaamse Toeristenbond. V. U. — 1. Vrije Universiteit;
— 2. Volksuniversiteit.
V. V. — Voorschriften op de Velddienst. v. v. — 1. vice versa, heen en terug;
— 2. vervolgens;
— 3. voorlopig verslag;
— 4. voorwaardelijke veroordeling;n
— 5. en volgende [blz.].
v. v. b. — 1. vrij van beschadigdheid (clausule in verzekeringspolissen);
— 2. vrij van boord (eng. free overside ship), d.i. de kosten van overlading uit het zeeschip in de lichter zijn in de prijs inbegrepen.
V. V. V. — Vereniging voor Vreemdelingenverkeer. v. v. v. — 1. (Lat.) veni, vidi, vici, ik kwam, zag en overwon;
— 2. voor vernietiging vatbaar.
v. w. — vorige week. v. w. b. — voor wat betreft. Vz. — voorzitter. v. z. g. h. —van zeer goeden huize. v. z. m. — voor zover mogelijk. v. z. w. — (België) Vereniging zonder winstbejag.