I.
(<Eng.), (stepte, heeft gestept),
1. (van paarden bij het draven) de voorknieën hoog en krachtig buigen, waarbij de pijp met de koot een weinig gestrekt naar voren worden gebracht: de steppende draf;
2. bepaalde, enigszins schuivende danspassen uitvoeren, inz. die van de dansen onestep en twostep: ‘s avonds hebben wij nog een uurtje gestept.
II.
1. op de step van een rijwiel staan terwijl een ander, op wie men de handen steunt, de fiets berijdt: mag ik bij je steppen?
2. op een autoped rijden.