Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Schadelijk

betekenis & definitie

bn. bw. (-er, -st),

1. schade doende, nadelig, hetzij in een bep. geval of als vaste eigenschap van of verbonden met zaken, handelingen of maatregelen : roken is schadelijk voor de gezondheid ; schadelijke dieren; een schadelijke invloed op iets of iemand hebben; een schadelijk bock; een schadelijke koop, zeer nadelig;
2. geen of te weinig voordeel opleverend, onvoordelig : die kaas is zeer schadelijk, men gebruikt er veel meer van, ze is eer op dan men verwachten zou ; grote patronen in een kleed is nogal schadelijk, men verliest daarbij meer bij het vuilsnijden; — onnut; (stoomw. en nat.) schadelijke ruimte, ruimte tussen de benedenkant van de zuiger en de bodem der pompbuis (bij een luchtpomp) of het cylinderdeksel (bij een stoomcylinder);
3. op nadelige wijze;
4. (gew.) schadelijk lachen, lachen hoewel men verdriet —, of omdat een ander schade heeft.