I. bn. bw. (-er, -st),
1. ruig, harig, borstelig ; in plantennamen : ruwe bres ; ruwe melkdistel e.d.; — ruw voer, al hetgeen op de wei groeit als veevoeder, inz. hooi en stro; — van weefsels: een ruwe handdoek ;
2. oneffen, ongelijk, niet glad : een ruwe huid; koeien hebben een ruwe tong; de ruwe schors; ruwe stenen, ruw metselwerk; een ruwe weg; — ongeschaafd: een ruwe plank;
3. onbewerkt, onbereid, nog niet afgewerkt: de ruwe voortbrengselen van de bodem ; ruwe metalen, zoals zij uit de smeltoven komen; ruwe suiker, niet geraffineerd; ruw zout, ongezuiverd; ruw hout, onbehakt; ruwe zijde, niet ontgomd; ruw linnen, garen, ongebleekt; ruw laken, ongevold; — (zelfst.) een stuk marmer in het ruwe bewerken, er enigermate de vereiste vorm aan geven;
4. niet nauwkeurig, niet in bijzonderheden gaande, in grove trekken: een ruwe schets ; in ruwe trekken; — ruw gewicht, het bruto gewicht; — globaal: een ruwe schatting; ruw geschat; — zonder zorg : een ruwe wijze van werken; iets ruw neerzetten; — primitief, elementair : ruwe pogingen ; een ruwe ladder ;
5. (van het weer) onaangenaam, wild, onstuimig: een ruwe wind ; ruwe vlagen ; — guur : een ruw klimaat;
6. (van pers.) zonder fijn gevoel, hard, wreed, barbaars : de Pruisen zijn wreed en ruw ; een Duitse huurling, plomp van taal en even ruw van ziel (Tollens); — onbeschaafd, ongemanierd, lomp, plomp: ruwe soldaten; ruw volk ; ruwe taal, ruwe manieren; ruw antwoorden; met ruwe stem iets vragen; — wild, woest: een ruwe ruk ; iemand ruw beetpakken ; een ruw spel; — bruusk: iets ruw afbreken;
II. zn. o., (diam.) ruwe diamant.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk