Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Prijzen

betekenis & definitie

I. (prees, geprezen),

1. op waarde of hoedanigheid schatten; taxeren, keuren, waarderen: (Zuidn.) hoeveel is dat huis geprezen? — (fig.) zalig, gelukkig prijzen, schatten, achten;
2. gunstig spreken over, loven, roemen: iem. hemelhoog prijzen; een veelgeprezen boek; iedere koopman prijst zijn eigen waar;goede waar prijst zichzelf, beveelt zichzelf aan;
3. eer (aan God) bewijzen: wij loven U Heer, wij prijzen Uw naam!

II. (prijsde, geprijsd), van een prijs(aanduiding) voorzien: de goederen zijn in die winkel alle geprijsd.